وَأَنَّهُمۡ ظَنُّواْ كَمَا ظَنَنتُمۡ أَن لَّن يَبۡعَثَ ٱللَّهُ أَحَدٗا

Maar zij vermeerderden hunne dwaasheid en hunne zonden. Zij dachten, zooals gij denkt, dat God niemand tot het leven zal doen verrijzen.


وَأَنَّا لَمَسۡنَا ٱلسَّمَآءَ فَوَجَدۡنَٰهَا مُلِئَتۡ حَرَسٗا شَدِيدٗا وَشُهُبٗا

En wij trachtten vroeger te bespieden, wat er in den hemel voortging; maar wij bevonden, dat die met eene sterke wacht van engelen en vlammende flitsen opgevuld was.


وَأَنَّا كُنَّا نَقۡعُدُ مِنۡهَا مَقَٰعِدَ لِلسَّمۡعِۖ فَمَن يَسۡتَمِعِ ٱلۡأٓنَ يَجِدۡ لَهُۥ شِهَابٗا رَّصَدٗا

En wij plaatsten ons op sommige der zetels om de gesprekken zijner bewoners te hooren; maar wie thans zou luisteren, zou den vlammenden schicht vinden, die in hinderlaag gelegd is, om de grenzen van den hemel te beschermen (hem te treffen).


وَأَنَّا لَا نَدۡرِيٓ أَشَرٌّ أُرِيدَ بِمَن فِي ٱلۡأَرۡضِ أَمۡ أَرَادَ بِهِمۡ رَبُّهُمۡ رَشَدٗا

Wij weten niet, of daardoor eene ramp voor hen wordt bedoeld, die op de aarde wonen, dan wel of hun Heer voornemens is, hen op den rechten weg te leiden.


وَأَنَّا مِنَّا ٱلصَّـٰلِحُونَ وَمِنَّا دُونَ ذَٰلِكَۖ كُنَّا طَرَآئِقَ قِدَدٗا

Er zijn sommigen onder ons, die rechtschapen zijn, en er zijn sommigen onder ons, die anders zijn; wij zijn in verschillende soorten verdeeld.



الصفحة التالية
Icon