وَأَمَّا مَنۡ أُوتِيَ كِتَٰبَهُۥ وَرَآءَ ظَهۡرِهِۦ

Maar hij wien men het boek zijner werken achter den rug zal geven,


فَسَوۡفَ يَدۡعُواْ ثُبُورٗا

Zal de vernietiging over zich roepen;


وَيَصۡلَىٰ سَعِيرًا

Doch hij zal in de hel gezonden worden om verbrand te worden,


إِنَّهُۥ كَانَ فِيٓ أَهۡلِهِۦ مَسۡرُورًا

Omdat hij op aarde onbeschaamd te midden van zijn gezin zijne genoegens naleefde;


إِنَّهُۥ ظَنَّ أَن لَّن يَحُورَ

Waarlijk, hij dacht, dat hij nimmer tot God zou terugkeeren.


بَلَىٰٓۚ إِنَّ رَبَّهُۥ كَانَ بِهِۦ بَصِيرٗا

Ja, waarlijk, God zag alles,


فَلَآ أُقۡسِمُ بِٱلشَّفَقِ

Daarom zweer ik bij de roode kleur van den schijn van den zonsondergang.


وَٱلَّيۡلِ وَمَا وَسَقَ

En bij den nacht, en de dieren, welke hij doet verzamelen.


وَٱلۡقَمَرِ إِذَا ٱتَّسَقَ

En bij de maan, als die vol is.


لَتَرۡكَبُنَّ طَبَقًا عَن طَبَقٖ

Gij zult zeker van graad tot graad overgaan.



الصفحة التالية
Icon