وَمِنَ ٱلَّذِينَ قَالُوٓاْ إِنَّا نَصَٰرَىٰٓ أَخَذۡنَا مِيثَٰقَهُمۡ فَنَسُواْ حَظّٗا مِّمَّا ذُكِّرُواْ بِهِۦ فَأَغۡرَيۡنَا بَيۡنَهُمُ ٱلۡعَدَاوَةَ وَٱلۡبَغۡضَآءَ إِلَىٰ يَوۡمِ ٱلۡقِيَٰمَةِۚ وَسَوۡفَ يُنَبِّئُهُمُ ٱللَّهُ بِمَا كَانُواْ يَصۡنَعُونَ
En van hen, die zeggen: Wij zijn Christenen; wij hebben eene verbintenis aangenomen; maar zij hebben een gedeelte vergeten van hetgeen hun werd onderwezen; derhalve hebben wij vijandschap en haat onder hen doen ontstaan tot den dag der opstanding, en God zal hun dan zeker mededeelen, wat zij hebben verricht.
يَـٰٓأَهۡلَ ٱلۡكِتَٰبِ قَدۡ جَآءَكُمۡ رَسُولُنَا يُبَيِّنُ لَكُمۡ كَثِيرٗا مِّمَّا كُنتُمۡ تُخۡفُونَ مِنَ ٱلۡكِتَٰبِ وَيَعۡفُواْ عَن كَثِيرٖۚ قَدۡ جَآءَكُم مِّنَ ٱللَّهِ نُورٞ وَكِتَٰبٞ مُّبِينٞ
O gij, die de schriften hebt ontvangen, thans is onze apostel onder u gekomen, om u vele plaatsen duidelijk te maken, welke gij in de schriften hebt verborgen, om vele anderen daarvan voorbij te gaan. Thans is het licht in een duidelijk boek van God tot u gekomen.
يَهۡدِي بِهِ ٱللَّهُ مَنِ ٱتَّبَعَ رِضۡوَٰنَهُۥ سُبُلَ ٱلسَّلَٰمِ وَيُخۡرِجُهُم مِّنَ ٱلظُّلُمَٰتِ إِلَى ٱلنُّورِ بِإِذۡنِهِۦ وَيَهۡدِيهِمۡ إِلَىٰ صِرَٰطٖ مُّسۡتَقِيمٖ
Daarmede zal God hem leiden, die zijn wil op de paden des vredes zal volgen, en hem voeren door zijn wil uit de duisternis tot het licht, hij zal hem richten op den rechten weg.