قَالَ هِيَ رَٰوَدَتۡنِي عَن نَّفۡسِيۚ وَشَهِدَ شَاهِدٞ مِّنۡ أَهۡلِهَآ إِن كَانَ قَمِيصُهُۥ قُدَّ مِن قُبُلٖ فَصَدَقَتۡ وَهُوَ مِنَ ٱلۡكَٰذِبِينَ

En Jozef zeide: zij vroeg mij bij haar te liggen. En een getuige van haar gezin legde getuigenis af, zeggende: Indien zijn kleed van voren gescheurd is, spreekt zij de waarheid en is hij een leugenaar.


وَإِن كَانَ قَمِيصُهُۥ قُدَّ مِن دُبُرٖ فَكَذَبَتۡ وَهُوَ مِنَ ٱلصَّـٰدِقِينَ

Maar indien zijn kleed van achteren is gescheurd, liegt zij en spreekt hij de waarheid.


فَلَمَّا رَءَا قَمِيصَهُۥ قُدَّ مِن دُبُرٖ قَالَ إِنَّهُۥ مِن كَيۡدِكُنَّۖ إِنَّ كَيۡدَكُنَّ عَظِيمٞ

En toen haar man zag, dat zijn kleed van achteren gescheurd was, zeide hij: Dit is eene doortrapte boosheid; want waarlijk uwe boosheid is groot.


يُوسُفُ أَعۡرِضۡ عَنۡ هَٰذَاۚ وَٱسۡتَغۡفِرِي لِذَنۢبِكِۖ إِنَّكِ كُنتِ مِنَ ٱلۡخَاطِـِٔينَ

O Jozef! houd u niet meer met deze zaak bezig; en gij, o vrouw! vraag vergiffenis voor uwen misdaad; want gij zijt een schuldig mensch.


۞وَقَالَ نِسۡوَةٞ فِي ٱلۡمَدِينَةِ ٱمۡرَأَتُ ٱلۡعَزِيزِ تُرَٰوِدُ فَتَىٰهَا عَن نَّفۡسِهِۦۖ قَدۡ شَغَفَهَا حُبًّاۖ إِنَّا لَنَرَىٰهَا فِي ضَلَٰلٖ مُّبِينٖ

En zekere vrouwen zeiden in het openbaar in de stad: De vrouw van den edelman heeft den knecht verzocht hij haar te liggen; hij heeft hare borst door zijne liefde ontvlamd. Wij zien dat zij op een duidelijken dwaalweg is.



الصفحة التالية
Icon