إِنَّمَا قَوۡلُنَا لِشَيۡءٍ إِذَآ أَرَدۡنَٰهُ أَن نَّقُولَ لَهُۥ كُن فَيَكُونُ
Indien wij willen, dat iets bestaat, zeggen wij slechts: Zij, en het is.
وَٱلَّذِينَ هَاجَرُواْ فِي ٱللَّهِ مِنۢ بَعۡدِ مَا ظُلِمُواْ لَنُبَوِّئَنَّهُمۡ فِي ٱلدُّنۡيَا حَسَنَةٗۖ وَلَأَجۡرُ ٱلۡأٓخِرَةِ أَكۡبَرُۚ لَوۡ كَانُواْ يَعۡلَمُونَ
Wat hen betreft, die hun land zijn ontvloden voor Gods zaak, nadat zij onrechtvaardig waren vervolgd, waarlijk, wij zullen hun eene uitmuntende woning in deze wereld schenken; maar de belooning van het volgende leven zal grooter zijn. Indien zij dat slechts kenden!.
ٱلَّذِينَ صَبَرُواْ وَعَلَىٰ رَبِّهِمۡ يَتَوَكَّلُونَ
Zij die met geduld volharden en hun vertrouwen in hunnen Heer stellen, zullen overvloed van geluk hebben, zoowel in dit leven als in het volgende.
وَمَآ أَرۡسَلۡنَا مِن قَبۡلِكَ إِلَّا رِجَالٗا نُّوحِيٓ إِلَيۡهِمۡۖ فَسۡـَٔلُوٓاْ أَهۡلَ ٱلذِّكۡرِ إِن كُنتُمۡ لَا تَعۡلَمُونَ
Wij hebben vóór u niemand anders als onze gezanten gezonden, dan mannen, met welke wij door openbaring spraken. Vraag dus aan hen, die met de bewaring der schriften zijn belast, indien gij niet weet dat dit de waarheid is.
بِٱلۡبَيِّنَٰتِ وَٱلزُّبُرِۗ وَأَنزَلۡنَآ إِلَيۡكَ ٱلذِّكۡرَ لِتُبَيِّنَ لِلنَّاسِ مَا نُزِّلَ إِلَيۡهِمۡ وَلَعَلَّهُمۡ يَتَفَكَّرُونَ
Wij zonden hen met duidelijke wonderen en beschreven openbaringen, en wij hebben u dezen Koran gezonden, opdat gij den mensch zoudt verklaren wat hem reeds werd nedergezonden, en opdat hij zou nadenken.