وَكَمۡ أَهۡلَكۡنَا مِنَ ٱلۡقُرُونِ مِنۢ بَعۡدِ نُوحٖۗ وَكَفَىٰ بِرَبِّكَ بِذُنُوبِ عِبَادِهِۦ خَبِيرَۢا بَصِيرٗا

En hoe vele geslachten hebben wij sedert Noach doen ondergaan! want uw Heer kent en ziet op voldoende wijze de zonden zijner dienaren.


مَّن كَانَ يُرِيدُ ٱلۡعَاجِلَةَ عَجَّلۡنَا لَهُۥ فِيهَا مَا نَشَآءُ لِمَن نُّرِيدُ ثُمَّ جَعَلۡنَا لَهُۥ جَهَنَّمَ يَصۡلَىٰهَا مَذۡمُومٗا مَّدۡحُورٗا

Hem die dit voorbijgaande leven heeft gekozen, zullen wij in deze wereld spoedig geven wat ons behaagt; daarna hebben wij de hel voor zijn verblijf bereid; daar zal hij verbrand worden, bedekt met schande en beroofd van alle genade.


وَمَنۡ أَرَادَ ٱلۡأٓخِرَةَ وَسَعَىٰ لَهَا سَعۡيَهَا وَهُوَ مُؤۡمِنٞ فَأُوْلَـٰٓئِكَ كَانَ سَعۡيُهُم مَّشۡكُورٗا

Maar hij die het volgende leven kiest en daarheen zijne pogingen doet strekken, terwijl hij een waar geloovige is, diens pogingen zullen den Heer aangenaam zijn.


كُلّٗا نُّمِدُّ هَـٰٓؤُلَآءِ وَهَـٰٓؤُلَآءِ مِنۡ عَطَآءِ رَبِّكَۚ وَمَا كَانَ عَطَآءُ رَبِّكَ مَحۡظُورًا

Wij verleenen de gaven van uwen Heer aan dezen en aan genen; want Gods gaven zullen niemand worden geweigerd.


ٱنظُرۡ كَيۡفَ فَضَّلۡنَا بَعۡضَهُمۡ عَلَىٰ بَعۡضٖۚ وَلَلۡأٓخِرَةُ أَكۡبَرُ دَرَجَٰتٖ وَأَكۡبَرُ تَفۡضِيلٗا

Gedenk hoe wij sommigen hunner in welvaart en waardigheid hebben doen uitmunten; maar het volgende leven zal belangrijker zijn in graden van eer en van grootere uitnemendheid.



الصفحة التالية
Icon