وَلَمَّا وَرَدَ مَآءَ مَدۡيَنَ وَجَدَ عَلَيۡهِ أُمَّةٗ مِّنَ ٱلنَّاسِ يَسۡقُونَ وَوَجَدَ مِن دُونِهِمُ ٱمۡرَأَتَيۡنِ تَذُودَانِۖ قَالَ مَا خَطۡبُكُمَاۖ قَالَتَا لَا نَسۡقِي حَتَّىٰ يُصۡدِرَ ٱلرِّعَآءُۖ وَأَبُونَا شَيۡخٞ كَبِيرٞ

Toen hij aan den bron van Madian was aangekomen, vond hij, nabij haar, een gezelschap van mannen, die bezig waren hunne kudden te drenken. Bij hen vond hij twee vrouwen, die hare schapen op eenigen afstand hielden. En hij zeide tot haar: Wat doet gij hier? Zij antwoordden: Wij zullen onze kudden niet drenken, dan nadat de schaapherders de hunne zullen hebben weggedreven; want onze vader is een achtingswaardig man van hoogen ouderdom.


فَسَقَىٰ لَهُمَا ثُمَّ تَوَلَّىٰٓ إِلَى ٱلظِّلِّ فَقَالَ رَبِّ إِنِّي لِمَآ أَنزَلۡتَ إِلَيَّ مِنۡ خَيۡرٖ فَقِيرٞ

Daarop drenkte Mozes hare schapen voor haar en leidde die daarna in de schaduw, zeggende: O Heer! waarlijk, mij ontbreekt het goede, dat gij mij hebt doen ontmoeten.


فَجَآءَتۡهُ إِحۡدَىٰهُمَا تَمۡشِي عَلَى ٱسۡتِحۡيَآءٖ قَالَتۡ إِنَّ أَبِي يَدۡعُوكَ لِيَجۡزِيَكَ أَجۡرَ مَا سَقَيۡتَ لَنَاۚ فَلَمَّا جَآءَهُۥ وَقَصَّ عَلَيۡهِ ٱلۡقَصَصَ قَالَ لَا تَخَفۡۖ نَجَوۡتَ مِنَ ٱلۡقَوۡمِ ٱلظَّـٰلِمِينَ

Een der meisjes kwam tot hem, beschaamd aantredende en zeide: Mijn vader roept u, opdat hij u zou mogen beloonen voor de moeite welke gij hebt genomen, door onze schapen voor ons te drenken. En toen hij tot Shoaib gekomen was en hem de geschiedenis zijner lotgevallen had verteld, zeide hij tot hem: Vrees niet, gij zijt den onrechtvaardige ontkomen.



الصفحة التالية
Icon