۞وَإِن كُنتُمۡ عَلَىٰ سَفَرٖ وَلَمۡ تَجِدُواْ كَاتِبٗا فَرِهَٰنٞ مَّقۡبُوضَةٞۖ فَإِنۡ أَمِنَ بَعۡضُكُم بَعۡضٗا فَلۡيُؤَدِّ ٱلَّذِي ٱؤۡتُمِنَ أَمَٰنَتَهُۥ وَلۡيَتَّقِ ٱللَّهَ رَبَّهُۥۗ وَلَا تَكۡتُمُواْ ٱلشَّهَٰدَةَۚ وَمَن يَكۡتُمۡهَا فَإِنَّهُۥٓ ءَاثِمٞ قَلۡبُهُۥۗ وَٱللَّهُ بِمَا تَعۡمَلُونَ عَلِيمٞ

Zijt gij echter op reis en vindt gij geen schrijver, neemt dan een onderpand. Vertrouwt echter de een den ander zonder dat, dan geve hij, wien het vertrouwd werd, het vertrouwde weder terug en hij vreeze God. Weiger geene getuigenis. Wie het verbergt, heeft een boos hart, en God weet wat gij doet.


لِّلَّهِ مَا فِي ٱلسَّمَٰوَٰتِ وَمَا فِي ٱلۡأَرۡضِۗ وَإِن تُبۡدُواْ مَا فِيٓ أَنفُسِكُمۡ أَوۡ تُخۡفُوهُ يُحَاسِبۡكُم بِهِ ٱللَّهُۖ فَيَغۡفِرُ لِمَن يَشَآءُ وَيُعَذِّبُ مَن يَشَآءُۗ وَٱللَّهُ عَلَىٰ كُلِّ شَيۡءٖ قَدِيرٌ

Gode behoort wat in den hemel en op aarde is. Hij zal u rekenschap vragen van hetgeen in uwe harten is, hetzij gij het openbaar maakt of verbergt. Hij zal vergeven en bestraffen wien hij wil; want God is almachtig.


ءَامَنَ ٱلرَّسُولُ بِمَآ أُنزِلَ إِلَيۡهِ مِن رَّبِّهِۦ وَٱلۡمُؤۡمِنُونَۚ كُلٌّ ءَامَنَ بِٱللَّهِ وَمَلَـٰٓئِكَتِهِۦ وَكُتُبِهِۦ وَرُسُلِهِۦ لَا نُفَرِّقُ بَيۡنَ أَحَدٖ مِّن رُّسُلِهِۦۚ وَقَالُواْ سَمِعۡنَا وَأَطَعۡنَاۖ غُفۡرَانَكَ رَبَّنَا وَإِلَيۡكَ ٱلۡمَصِيرُ

De profeet gelooft aan hetgeen hem geopenbaard is, en alle geloovigen gelooven aan God, aan zijne engelen, aan zijne schrift en aan zijne profeten. Zij zeggen: Wij maken geen onderscheid tusschen zijne profeten. Wij hooren en wij gehoorzamen. U, o Heer bidden wij om genade; want tot U keeren wij terug.



الصفحة التالية
Icon