وَتَرَكۡنَا عَلَيۡهِ فِي ٱلۡأٓخِرِينَ
En wij lieten de volgende groete door de verste nakomelingschap voor hem bewaren.
سَلَٰمٌ عَلَىٰٓ إِلۡ يَاسِينَ
Namelijk: Vrede zij op Ilyasin!
إِنَّا كَذَٰلِكَ نَجۡزِي ٱلۡمُحۡسِنِينَ
Zoo beloonen wij den rechtvaardige.
إِنَّهُۥ مِنۡ عِبَادِنَا ٱلۡمُؤۡمِنِينَ
Want hij was een onzer geloovige dienaren.
وَإِنَّ لُوطٗا لَّمِنَ ٱلۡمُرۡسَلِينَ
En Lot was mede een dergenen, die door ons werden gezonden.
إِذۡ نَجَّيۡنَٰهُ وَأَهۡلَهُۥٓ أَجۡمَعِينَ
Toen wij hem en zijn geheel gezin bevrijden.
إِلَّا عَجُوزٗا فِي ٱلۡغَٰبِرِينَ
Behalve eene oude vrouw, zijne huisvrouw, die omkwam met hen die achterbleven.
ثُمَّ دَمَّرۡنَا ٱلۡأٓخَرِينَ
Daarna verdelgden wij de anderen.
وَإِنَّكُمۡ لَتَمُرُّونَ عَلَيۡهِم مُّصۡبِحِينَ
En gij, o bewoners van Mekka! komt de plaatsen voorbij waar zij eens hebben gewoond, als gij des ochtends reist.