عَبَسَ وَتَوَلَّىٰٓ

De profeet fronst zijn voorhoofd en wendt zich af.


أَن جَآءَهُ ٱلۡأَعۡمَىٰ

Omdat de blinde man tot hem kwam.


وَمَا يُدۡرِيكَ لَعَلَّهُۥ يَزَّكَّىٰٓ

En hoe kunt gij weten of hij niet misschien van zijne zonden gezuiverd zal worden;


أَوۡ يَذَّكَّرُ فَتَنفَعَهُ ٱلذِّكۡرَىٰٓ

Of dat hij vermaand zal worden, en dat de vermaning van eenig voordeel zal wezen.


أَمَّا مَنِ ٱسۡتَغۡنَىٰ

Den mensch die rijk is.


فَأَنتَ لَهُۥ تَصَدَّىٰ

Ontvangt gij gij met eerbied;


وَمَا عَلَيۡكَ أَلَّا يَزَّكَّىٰ

Terwijl gij er niet van beschuldigd wordt, dat hij niet gezuiverd is.


وَأَمَّا مَن جَآءَكَ يَسۡعَىٰ

Maar hij die tot u komt, om zijn heil ernstig te zoeken.


وَهُوَ يَخۡشَىٰ

En die God vreest.


فَأَنتَ عَنۡهُ تَلَهَّىٰ

Verwaarloost gij.



الصفحة التالية
Icon